Spelen is voor een kat net zo belangrijk als eten en drinken: het houdt hem gezond. Spelen gaat verveling tegen, het prikkelt zijn natuurlijke jachtinstinct, het houdt zijn spieren en gewrichten gezond, het werkt goed tegen stress en depressie en vermindert gedragsproblemen. En door te spelen versterk je de band tussen jou en je kat!
Genoeg redenen dus om te spelen, maar niet elke kat heeft daar altijd zin in. Soms lijken ze zelfs totaal ongeïnteresseerd! Ook als kattenoppas aan huis zul je soms merken dat een oppaskat niet met je wil spelen. Hoe komt dat? 5 redenen waarom jouw kat niet wil spelen + de oplossing!
1. Je hebt te lang niet gespeeld
Wat ontzettend goed van jou dat je het spelen weer wilt oppakken! Maar misschien is het al weer even geleden dat je echt actief met je kat hebt gespeeld. Je kat begrijpt daarom niet goed wat jij bedoelt. Plotseling wil het baasje van alles van hem, terwijl hij dat niet gewend was. Ook als kattenoppas kan het zo zijn dat een nieuwe oppaskat nog even aan je moet wennen en daarom nog niet met je wil spelen.
Heb je lang niet gespeeld? Geef dan niet te snel op en probeer het spel aantrekkelijk te maken. Heeft je kat echt geen zin? Laat het spel even rusten en probeer het laten gewoon nog eens. Probeer consequent iedere dag 2 spelmomenten in te lassen, dan zal je kat het snel genoeg begrijpen.
2. Het speeltje is niet leuk genoeg
Probeer uit te vinden welk speelgoed jouw kat aantrekkelijk vindt. Katten houden van speelgoed dat op een prooi lijkt: dingen met veertjes en haren doen het altijd goed. Ook glinsterende en rammelende speeltjes zijn vaak populair, net als speelgoed met kattenkruid. Een hengel werkt ook altijd perfect.
Speelgoed hoeft niet duur te zijn: een simpel propje papier, pingpongballetje of wc-rolletje doet ook wonderen. En heb je iets op internet besteld? Laat de doos gewoon nog even staan in huis. Perfect om verstoppertje in te spelen! Lees meer over zelf kattenspeelgoed maken.
Let op: katten zijn snel uitgekeken op speelgoed. Wissel daarom regelmatig het speelgoed af. Leg een speeltje na een paar dagen weer terug in de kast en haal het later weer tevoorschijn, dan blijft het interessant.
3. Het spelletje zelf is niet leuk
Spelen met je kat is vooral bedoeld om het jagen en het spelen met zijn prooi na te bootsen. Het moet een een uitdaging voor hem zijn! Bungel het speeltje niet vlak voor zijn gezicht, maar beweeg het speelgoed of de hengel altijd van hem af, als een echte prooi! Wissel ook af met snelheid: dan weer langzaam, dan weer snel. En laat je kat natuurlijk af en toe slagen zodat hij beloond wordt voor zijn inspanning!
4. Het is het verkeerde moment
Een kat slaapt gemiddeld 18 uur per etmaal en een groot deel van die tijd is overdag. Als je tijdens die slaapmomenten probeert te spelen zal hij er geen zin in hebben. Bestudeer daarom het ritme van de kat. Meestal hebben ze op vaste tijden hun 'actieve momentje': een overblijfsel van hun natuurlijke jachtinstinct. Vroeg in de ochtend en vroeg in de avond worden veel katten plotseling wakker en hebben ze hun dolle 5 minuten. Gebruik die energie om even lekker te spelen.
5. Het spelen duurt te lang... of te kort
Als je kat nog niet goed begrijpt wat de bedoeling is en jij stopt alweer voordat hij het doorheeft dan duurt het spel waarschijnlijk te kort. Maar het omgekeerde kan ook: katten spelen liever vaker op een dag wat korter (max 5 minuutjes) dan één keertje lang, want dat gaat vervelen. Bouw dus een paar korte spelmomenten verspreid op dag, tijdens zijn actieve tijden.
Een kattenoppas om mee te spelen
Ben je veel van huis weg en heb je geen puf meer om met je kat te spelen? Boek een lieve kattenoppas aan huis die echt de tijd neemt om je kat lekker uit te dagen.